Publications
Hoe kunnen we de moeilijkste vragen beantwoorden?
Stel je voor dat een ingenieur van een autofabrikant bij zijn Raad van Bestuur komt met één simpele vraag. "We hebben goed nieuws, de zelfrijdende auto staat klaar buiten! We moeten echter één keuze nog maken. In de meest uiterste situatie dat de auto moet ingrijpen, komt dan de bestuurder te overlijden of het kind wat voor de auto staat?" Wat doe je dan als eindverantwoordelijke om die vraag te beantwoorden?
Deze vraag is een impactvolle, hoe kun je echter die keuze maken? Mercedes deed het in ’14 en de Duitse overheid beantwoorde deze vraag tevens, twee jaar later. Opvallend resultaat was dat de uitkomst volledig tegenovergesteld was van elkaar.
Mijn interesse is gewekt. Wat deden ze in die bestuurlijke kamers, hoe kwamen ze tot hun besluitvorming? Volgden ze de methodiek van een Socrates gesprek? Of gebruikten ze de Dilemma methode of het Utrecht model zoals we dat in de zorg sector reeds kennen voor het beantwoorden van ethische vragen?
Hoe je een dergelijke vraag beantwoord, is vandaag de dag steeds relevanter in combinatie met de ontwikkelingen op Artificial Intelligence (AI). Die ontwikkeling maakt namelijk dat de moeilijke vragen misschien niet anders zijn, maar wel heel expliciet gemaakt moeten worden, de AI Robot gaat namelijk “namens” ons handelen. En als we zelf al niet eens weten hoe we zo’n vraag kunnen beantwoorden, hoe dragen we dan de verantwoordelijkheid over aan AI Robots, die namens ons gaan handelen.
Leren van de ander
In de afgelopen periode mocht ik voor mijn E-MBA een eerste onderzoek doen naar het beantwoorden van deze vraag: hoe beantwoorden we de moeilijkste vragen? De ethische vragen. Welke proces doorlopen we? Doorlopen we überhaupt een proces? Kun je voor het beantwoorden van ethische vragen wel een proces doorlopen of is het juist inherent aan dit soort vragen dat je eigen moreel besef hierin leidend moet zijn?
Het bespreken van dit vraagstuk leverde mooie gesprekken op, maar veelal ook een verrassende uitkomst, namelijk; géén idee hoe we dit soort vragen goed kunnen beantwoorden. De medische sector lijkt hierin voorop te lopen, terecht en begrijpelijk. Daar worden dagelijks stevige keuzes gemaakt die een goede afweging vragen, keuzes die soms gaan over leven en dood. Wat kunnen we van hun leren? Waar kunnen we onze processen verbeteren?
De ethische uitdaging in de financiële sector?
In de financiële sector zien we belangrijke en goede ontwikkelingen, we maken afspraken over ons gedrag (denk concreet aan de bankiesreed), we zien de ontwikkeling van moreel kompassen, de oprichting van ethische commissies, etc. Deze ontwikkelingen zien we helaas ook genoodzaakt vanuit het besef dat er weinig vruchtbare bodem was voor het vertrouwen in de sector. De reputatie was besmet door immoreel onethisch gedrag waar soms het eigen belang prefereerde boven het klant of deelnemersbelang. Juist in deze sector waar het vertrouwen van cruciaal belang is, kunnen we het verschil maken als we proberen zo goed mogelijk onze keuzes te maken en instaat zijn onze keuzes passend uit te leggen, juist ook de meest moeilijke.
Hoe doe je dat?
Tijdens het onderzoek kwam ik de drie ethische check vragen tegen van Norman Vincent Peale en Kenneth Blanchard. Simplistisch in z’n eenvoud, tegelijkertijd intrigerend in zijn dimensie. Op drie niveaus wordt een persoon gevraagd een ethisch vraagstuk te bezien. Vanuit de wettelijke kaders (is it legal?), vanuit de gebalanceerdheid (is it balanced?) en vanuit het gevoel (how does it make me feel about myself).
Een mooie overeenkomst die we hierbij kunnen maken zijn de drie woorden die bekend zijn van Aristotales: logos, pathos en ethos. De koppelingen met legal, balanced and feeling zijn daarmee eenvoudig te maken. Een ander relevant aspect voor het verdere onderzoek, in combinatie met de impact van AI, was dat je op meerdere niveaus gebruik kon maken van data. Daarmee een insteek die voldoende aanleiding gaf tot verder onderzoek vanuit het perspectief van deze vragen.
In samenwerking met twee professoren, en vier experts zijn we aan de slag gegaan in een Delphi studie om op deze vragen te verdiepen en te kijken of dat voorbeeld uit 1988 nog steeds zijn relevantie kent in de praktijk van vandaag de dag.
En het antwoord is ja, met daarbij een “update”
Het eerste onderzoeksresultaat was helder. Jazeker is deze insteek waardevol om te gebruiken in het dagelijkse leven van vandaag de dag om de meest moeilijke vragen te beantwoorden. Echter, het vraagt wel om een update en enkele fundamentele aanpassingen.
Niveau 1: Hoe voel ik me hierbij?
In het onderzoek kwam naar voren dat het gevoelsaspect bijzonder belangrijk is in het beantwoorden van deze vragen, zodanig dat een verdere verdieping daarop wenselijk was en een andere prioritering vraagt in de volgorde van vragen. Dit kun je doen met behulp van de publiciteitstest, generalisatie en spiegeltest. Met drie verdiepende vragen kun je het gevoelsvraagstuk objectiever maken. In basis is namelijk je gevoel niet objectief. Bij het beantwoorden is het tevens belangrijk dat je ook het langzame denkproces aanzet in het overwegen. Dus niet alleen je snelle intuïtieve gedeelte van je brein, maar juist de combinatie van beide zijn hierin relevant.
Niveau 2: Is het in balans (per stakeholder)?
Ook qua gebalanceerdheid is het van belang om te verdiepen en stil te staan bij het vraagstuk, ten behoeve van wie is deze keuze eigenlijk gebalanceerd? Wie zijn de relevante stakeholders in dit vraagstuk? Een belangrijke nuance daarbij is dat als je bezig bent met het beantwoorden van dit vraagstuk vanuit de verschillende stakeholders er op dit niveau een recheck van belang is. Namelijk, specifieke aandacht voor diegene die lijden onder dit vraagstuk. Niet per definitie met als insteek om hun hierin te compenseren maar wel voor voor bewustwording van juist deze kwetsbare groep. Door de primaire focus namelijk op de uitkomst van het antwoord zou deze belangrijke groep mogelijk weleens overgeslagen kunnen worden.
Niveau 3: Is het wettelijk toegestaan?
Het laatste niveau is de wettelijke check. Is het wettelijk toegestaan? Dit te beantwoorden vanuit wetgeving maar mogelijk ook wel vanuit het perspectief qua vastgestelde kaders van het bedrijf waarvoor je werkzaam bent. Interessant hierbij is dat Peale en Blanchard begonnen met dit vraagstuk en na het verder onderzoek we juist heel bewust hiermee willen eindigen. Waarom? Simpelweg zou je kunnen zeggen dat als je begint met het beantwoorden van dit vraagstuk vanuit het wettelijk kader je automatisch in de valkuil trapt dat het wettelijke kader mogelijk te beperkend is. Juist in de combinatie met AI zien we dat het van belang is verder te kijken dan de dag van vandaag. De ontwikkelingen gaan snel en het wettelijk kader kan dit nauwelijks bijhouden. Dat zou kunnen inhouden dat indien je start met dit vraagstuk vanuit het huidige kader, je automatisch achter de feiten aanloopt in plaats van voorop.
Recheck: Klopt het nog steeds met level 1?
En toch is er nog een laatste final check aan toegevoegd. Heel bewust. Indien je alle drie de niveaus hebt doorlopen is de finale check of de uitkomst bij het laatste niveau nog steeds in lijn is met de eerste. Daarmee borg je het begin en einde van het proces door een integrale aaneengeschakelde ketting.
In onderstaand overzicht zicht is het ethisch raamwerk voor besluitvorming gepresenteerd. Dit betreft het vereenvoudigde model. In de studie is namelijk nog een stap verder gegaan met de impact van AI. Waar zouden wij bijvoorbeeld AI kunnen inzetten om deze vragen nog beter te beantwoorden vanuit data die we met behulp van AI Robots toevoegen in onze analyse.
Doorpakken in promoveren
Inmiddels is het voor mij steeds duidelijker geworden dat ik dit thema niet wil loslaten en mag hierop doorpakken met het promotie onderzoek hierop.
Het onderwerp raakt me, en ik besef dat deze eerste stap slechts een aanloop was die om verdere verdieping vraagt. Het theoretische model vraagt meer diepgang, vraagt analyse van concrete praktijk ervaringen, bied ook kansen om te analyseren of AI werkelijk fase 2 & 3 kan invullen. Maar juist voor mij ook de ambitie om een breder draagvlak en impact te creëren en daarmee te voorkomen dat het slechts een academische werkelijkheid blijft en geen concrete toepassing kent. Uiteindelijk is het de goede dialoog die centraal staat in het moreel ethisch leiderschap.
In onderstaande publicatie kun je meer lezen over het eerste onderzoek, er zijn op verzoek ook fysiek exemplaren beschikbaar.
Stel je voor dat een ingenieur van een autofabrikant bij zijn Raad van Bestuur komt met één simpele vraag. "We hebben goed nieuws, de zelfrijdende auto staat klaar buiten! We moeten echter één keuze nog maken. In de meest uiterste situatie dat de auto moet ingrijpen, komt dan de bestuurder te overlijden of het kind wat voor de auto staat?" Wat doe je dan als eindverantwoordelijke om die vraag te beantwoorden?
Deze vraag is een impactvolle, hoe kun je echter die keuze maken? Mercedes deed het in ’14 en de Duitse overheid beantwoorde deze vraag tevens, twee jaar later. Opvallend resultaat was dat de uitkomst volledig tegenovergesteld was van elkaar.
Mijn interesse is gewekt. Wat deden ze in die bestuurlijke kamers, hoe kwamen ze tot hun besluitvorming? Volgden ze de methodiek van een Socrates gesprek? Of gebruikten ze de Dilemma methode of het Utrecht model zoals we dat in de zorg sector reeds kennen voor het beantwoorden van ethische vragen?
Hoe je een dergelijke vraag beantwoord, is vandaag de dag steeds relevanter in combinatie met de ontwikkelingen op Artificial Intelligence (AI). Die ontwikkeling maakt namelijk dat de moeilijke vragen misschien niet anders zijn, maar wel heel expliciet gemaakt moeten worden, de AI Robot gaat namelijk “namens” ons handelen. En als we zelf al niet eens weten hoe we zo’n vraag kunnen beantwoorden, hoe dragen we dan de verantwoordelijkheid over aan AI Robots, die namens ons gaan handelen.
Leren van de ander
In de afgelopen periode mocht ik voor mijn E-MBA een eerste onderzoek doen naar het beantwoorden van deze vraag: hoe beantwoorden we de moeilijkste vragen? De ethische vragen. Welke proces doorlopen we? Doorlopen we überhaupt een proces? Kun je voor het beantwoorden van ethische vragen wel een proces doorlopen of is het juist inherent aan dit soort vragen dat je eigen moreel besef hierin leidend moet zijn?
Het bespreken van dit vraagstuk leverde mooie gesprekken op, maar veelal ook een verrassende uitkomst, namelijk; géén idee hoe we dit soort vragen goed kunnen beantwoorden. De medische sector lijkt hierin voorop te lopen, terecht en begrijpelijk. Daar worden dagelijks stevige keuzes gemaakt die een goede afweging vragen, keuzes die soms gaan over leven en dood. Wat kunnen we van hun leren? Waar kunnen we onze processen verbeteren?
De ethische uitdaging in de financiële sector?
In de financiële sector zien we belangrijke en goede ontwikkelingen, we maken afspraken over ons gedrag (denk concreet aan de bankiesreed), we zien de ontwikkeling van moreel kompassen, de oprichting van ethische commissies, etc. Deze ontwikkelingen zien we helaas ook genoodzaakt vanuit het besef dat er weinig vruchtbare bodem was voor het vertrouwen in de sector. De reputatie was besmet door immoreel onethisch gedrag waar soms het eigen belang prefereerde boven het klant of deelnemersbelang. Juist in deze sector waar het vertrouwen van cruciaal belang is, kunnen we het verschil maken als we proberen zo goed mogelijk onze keuzes te maken en instaat zijn onze keuzes passend uit te leggen, juist ook de meest moeilijke.
Hoe doe je dat?
Tijdens het onderzoek kwam ik de drie ethische check vragen tegen van Norman Vincent Peale en Kenneth Blanchard. Simplistisch in z’n eenvoud, tegelijkertijd intrigerend in zijn dimensie. Op drie niveaus wordt een persoon gevraagd een ethisch vraagstuk te bezien. Vanuit de wettelijke kaders (is it legal?), vanuit de gebalanceerdheid (is it balanced?) en vanuit het gevoel (how does it make me feel about myself).
Een mooie overeenkomst die we hierbij kunnen maken zijn de drie woorden die bekend zijn van Aristotales: logos, pathos en ethos. De koppelingen met legal, balanced and feeling zijn daarmee eenvoudig te maken. Een ander relevant aspect voor het verdere onderzoek, in combinatie met de impact van AI, was dat je op meerdere niveaus gebruik kon maken van data. Daarmee een insteek die voldoende aanleiding gaf tot verder onderzoek vanuit het perspectief van deze vragen.
In samenwerking met twee professoren, en vier experts zijn we aan de slag gegaan in een Delphi studie om op deze vragen te verdiepen en te kijken of dat voorbeeld uit 1988 nog steeds zijn relevantie kent in de praktijk van vandaag de dag.
En het antwoord is ja, met daarbij een “update”
Het eerste onderzoeksresultaat was helder. Jazeker is deze insteek waardevol om te gebruiken in het dagelijkse leven van vandaag de dag om de meest moeilijke vragen te beantwoorden. Echter, het vraagt wel om een update en enkele fundamentele aanpassingen.
Niveau 1: Hoe voel ik me hierbij?
In het onderzoek kwam naar voren dat het gevoelsaspect bijzonder belangrijk is in het beantwoorden van deze vragen, zodanig dat een verdere verdieping daarop wenselijk was en een andere prioritering vraagt in de volgorde van vragen. Dit kun je doen met behulp van de publiciteitstest, generalisatie en spiegeltest. Met drie verdiepende vragen kun je het gevoelsvraagstuk objectiever maken. In basis is namelijk je gevoel niet objectief. Bij het beantwoorden is het tevens belangrijk dat je ook het langzame denkproces aanzet in het overwegen. Dus niet alleen je snelle intuïtieve gedeelte van je brein, maar juist de combinatie van beide zijn hierin relevant.
Niveau 2: Is het in balans (per stakeholder)?
Ook qua gebalanceerdheid is het van belang om te verdiepen en stil te staan bij het vraagstuk, ten behoeve van wie is deze keuze eigenlijk gebalanceerd? Wie zijn de relevante stakeholders in dit vraagstuk? Een belangrijke nuance daarbij is dat als je bezig bent met het beantwoorden van dit vraagstuk vanuit de verschillende stakeholders er op dit niveau een recheck van belang is. Namelijk, specifieke aandacht voor diegene die lijden onder dit vraagstuk. Niet per definitie met als insteek om hun hierin te compenseren maar wel voor voor bewustwording van juist deze kwetsbare groep. Door de primaire focus namelijk op de uitkomst van het antwoord zou deze belangrijke groep mogelijk weleens overgeslagen kunnen worden.
Niveau 3: Is het wettelijk toegestaan?
Het laatste niveau is de wettelijke check. Is het wettelijk toegestaan? Dit te beantwoorden vanuit wetgeving maar mogelijk ook wel vanuit het perspectief qua vastgestelde kaders van het bedrijf waarvoor je werkzaam bent. Interessant hierbij is dat Peale en Blanchard begonnen met dit vraagstuk en na het verder onderzoek we juist heel bewust hiermee willen eindigen. Waarom? Simpelweg zou je kunnen zeggen dat als je begint met het beantwoorden van dit vraagstuk vanuit het wettelijk kader je automatisch in de valkuil trapt dat het wettelijke kader mogelijk te beperkend is. Juist in de combinatie met AI zien we dat het van belang is verder te kijken dan de dag van vandaag. De ontwikkelingen gaan snel en het wettelijk kader kan dit nauwelijks bijhouden. Dat zou kunnen inhouden dat indien je start met dit vraagstuk vanuit het huidige kader, je automatisch achter de feiten aanloopt in plaats van voorop.
Recheck: Klopt het nog steeds met level 1?
En toch is er nog een laatste final check aan toegevoegd. Heel bewust. Indien je alle drie de niveaus hebt doorlopen is de finale check of de uitkomst bij het laatste niveau nog steeds in lijn is met de eerste. Daarmee borg je het begin en einde van het proces door een integrale aaneengeschakelde ketting.
In onderstaand overzicht zicht is het ethisch raamwerk voor besluitvorming gepresenteerd. Dit betreft het vereenvoudigde model. In de studie is namelijk nog een stap verder gegaan met de impact van AI. Waar zouden wij bijvoorbeeld AI kunnen inzetten om deze vragen nog beter te beantwoorden vanuit data die we met behulp van AI Robots toevoegen in onze analyse.
Doorpakken in promoveren
Inmiddels is het voor mij steeds duidelijker geworden dat ik dit thema niet wil loslaten en mag hierop doorpakken met het promotie onderzoek hierop.
Het onderwerp raakt me, en ik besef dat deze eerste stap slechts een aanloop was die om verdere verdieping vraagt. Het theoretische model vraagt meer diepgang, vraagt analyse van concrete praktijk ervaringen, bied ook kansen om te analyseren of AI werkelijk fase 2 & 3 kan invullen. Maar juist voor mij ook de ambitie om een breder draagvlak en impact te creëren en daarmee te voorkomen dat het slechts een academische werkelijkheid blijft en geen concrete toepassing kent. Uiteindelijk is het de goede dialoog die centraal staat in het moreel ethisch leiderschap.
In onderstaande publicatie kun je meer lezen over het eerste onderzoek, er zijn op verzoek ook fysiek exemplaren beschikbaar.
Publications - downloads

Moral and Ethical Leadership in a Digitalized Financial Industry - Paper | |
File Size: | 5005 kb |
File Type: |

Moral and Ethical Leadership in a Digitalized Financial Industry - Presentation | |
File Size: | 837 kb |
File Type: |
See for more info and publications also: ResearchGate